Follow FrankTwisk on Twitter  
   

 

 

 

 

Handspierkrachtmetingen:

een objectieve graadmeter

voor (de ernst van) ME/CVS?

 

 

 

 


 

 

 

Nacul, Lacerda en anderen hebben in een studie de isometrische handspierkracht van huis- of bed-

gebonden patiënten en ambulante patiënten die aan de diagnose CVS en/of ME/CVS voldeden, ver-

geleken met die van MS-patiënten, mensen met chronische vermoeidheid (CV) en gezonde mensen.

 

Deelnemers werd gevraagd om drie keer achter elkaar 3 seconden zo hard mogelijk te knijpen,

waarbij de uitgeoefende kracht objectief bepaald werd door een zogenaamde dynamometer.

 

Zoals uit onderstaande grafiek blijkt was de kracht van 'ernstige gevallen' slechts 60% van die van

gezonde proefpersonen en was de spierkracht van 'lichte gevallen' vergelijkbaar laag met die van ME.

 

De gevonden spierkrachtwaarden komen overeen met die van een studie uit 2000 van Lawrie e.a..

 

De onderzoekers stelde voorts vast dat de handspierkracht (een objectieve waarde) een sterk verband

 had met een aantal subjectieve maatstaven (pijn, vermoeidheid en fysieke subscore van de SF-36).

 

Wat verder opvalt, is dat de handspierkracht bij de twee en/of derde poging bij ME/CVS-patiënten

minder is dan die bij de eerste poging. Dit in tegenstelling tot MS-patiënten en gezonde mensen.

 

 

 

 

Die objectieve observaties bevestigen de spierzwakte en snelle spiervermoeidheid bij patiënten.

Abnormale spiervermoeidheid en dagen aanhoudende spierkracht na een kleine inspanning

was volgens de originele definitie van ME hét kenmerk van ME (klik hier voor een toelichting).

 

Daarbij wordt nog opgemerkt dat het hier statische (isometrische) spierkracht betreft,

en niet de dynamische spierkracht (kracht uitgeoefende door spiersamentrekkingen),

en dat het effect van de inspanning op de spierkracht 24 uur later niet vastgesteld is.

 

Zo bleek eerder uit een studie van Paul e.a. dat herhaalde spiersamentrekkingen

een negatief effect hebben op de spierkracht bij spiersamentrekkingen 24 uur later.

 

Met de gebruikte methode kan een belangrijk symptoom eenvoudig geobjectiveerd worden.

Bovendien is deze vrij eenvoudige test ook 'geschikt' voor huis- of bedgebonden patiënten.

 

 


 

 

 

Hand grip strength as a clinical biomarker for ME/CFS and disease severity.

Front. Neurol. 2018 Nov 27;9:992. doi: 10.3389/fneur.2018.00992

Nacul LC, Mudie K, Kingdon CC, Clark TG, Lacerda EM.

 

 

Background:

 

The diagnosis of myalgic encephalomyelitis (ME/CFS)

in research and clinical practice

has largely relied on clinical history,

which can be subjective in nature.

 

Clinical signs are often subtle,

overlap with other conditions, and

are not formally included as part of diagnostic workup.

 

The characterization of clinical signs and biomarkers is needed

for better diagnosis and classification of patients and to monitor treatment response.

 

Hand grip strength (HGS)

has been used as an objective measure of muscle strength and fatigue,

which is a primary symptom of ME/CFS.

 

We assessed the potential usefulness of HGS as a diagnostic marker in ME/CFS.

 

 

Methods:

 

We compared HGS measurements from participants in the UK ME/CFS Biobank,

with groups consisting of

people with ME/CFS of differing severity (n = 272),

healthy (n = 136),

multiple sclerosis (n = 76) controls, and

others with chronic fatigue

not meeting the diagnosis of ME/CFS (n = 37).

 

We correlated

the maximum and minimum of, and

differences between, 3 repeated HGS measurements

with parameters of disease severity,

including fatigue and pain analog scales, and

physical and mental component summaries from the SF-36v2TM questionnaire

across recruitment groups.

 

 

Results:

 

HGS indicators were associated with having ME/CFS,

with magnitudes of association stronger in severely affected

than in mild/moderately affected patients.

 

Compared with healthy controls,

being severely affected was associated with

a reduction in minimum HGS of 15.3 kg (95%CI 19.3–11.3; p < 0.001),

while being mild/moderately affected was associated with

a 10.5 kg (95%CI 13.2–7.8; p < 0.001) reduction.

 

The association persisted after adjusting for age, sex and body mass index.

 

ME/CFS cases also showed

lower values of maximum HGS and

significant drops in values from the first to second and third trials,

compared to other study groups.

 

There were significant correlations

between HGS indicators and clinical parameters of disease severity,

including fatigue analog scale (Spearman's Rho = −0.40, p < 0.001),

pain analog scale (Rho = −0.38, p < 0.001), and

physical component summary (Rho = 0.42, p < 0.001).

 

 

Discussion:

 

HGS is markedly reduced in ME/CFS,

particularly in patients with more severe disease, and

may indicate muscle and fatigue related symptoms.

 

HGS is a potential diagnostic tool in ME/CFS, and

could also be used to enhance patient phenotyping and

as an outcome measure following interventions

 

 

Keywords:

 

ME/CFS, fatigue, biomarker, hand grip strength, severity, phenotyping

 

 

https://www.frontiersin.org/articles/10.3389/fneur.2018.00992/full

 

https://www.frontiersin.org/articles/10.3389/fneur.2018.00992/pdf

 

 


 

Met dank aan een Vlaamse, strijdvaardige ME-de-patiënte.