Het team rond Gow en Kerr heeft het XMRV-virus (klik hier) niet kunnen vinden bij patiënten.
Dat mijn "vriend" Simon Wessely het virus niet vond (klik hier) verraste eigenlijk niemand.
Als onze "vermoeidheidsdeskundigen" het virus niet vinden, zal dat niemand echt verbazen...
Maar dat dit team het XMRV-virus ook niet kon vinden, maakt veel patiënten "nerveus".
Is daarmee de kous af?
Nee!
Zoals mijn juffrouw op de lagere school mij ooit leerde, moet je je altijd blijven afvragen:
- Wie hebben het onderzoek uitgevoerd?
- Wie werden onderzocht?
Welke patiënten (kriteria), hoe lang ziek, waar vandaan?
- Wat werd onderzocht?
Serum, plasma, witte bloedcellen, weefsel, etc.?
- Wanneer werd het monster genomen (bijv. bloed afgenomen)?
- Waarop werden de monsters onderzocht?
antilichamen, genetisch materiaal etc.?
- Hoe werden de monsters onderzocht?
PCR? met welke primers: genetische sleutels)?
- Waarom werd het onderzoek uitgevoerd?
Zo is ook het antwoord op de vraag waarom door het team-Mikovits bij 67% van de patiënten genetisch materiaal aantrof en bij 95% antilichamen tegen XMRV vond, van groot belang.
Wordt binnenkort vervolgd...
Absence of xenotropic murine leukaemia virus-related virus
in UK patients with chronic fatigue syndrome
Retrovirology. 2010, 7:10. doi:10.1186/1742-4690-7-10.
Groom HCT, Boucherit VC, Makinson K, Randal E, Baptista S, Hagan S, Gow JW, Mattes FM, Breuer J, Kerr JR, Stoye JP, Bishop KN.
Background.
Detection of a retrovirus,
xenotropic murine leukaemia virus-related virus (XMRV),
has recently been reported in
67% of
patients with chronic fatigue syndrome.
We have studied
a total of
170 samples
from chronic fatigue syndrome patients
from two UK cohorts and
395 controls
for evidence of
XMRV infection
by looking
either for the presence of viral nucleic acids
using quantitative PCR
(limit of detection <16 viral copies) or
for the presence of
serological responses
using a virus neutralisation assay.
Results.
We have not identified XMRV DNA
in any samples
by PCR (0/299).
Some serum samples showed
XMRV neutralising activity (26/565)
but only one of these positive sera
came from a CFS patient.
Most of the positive sera
were also able
to neutralise
MLV particles
pseudotyped with envelope proteins
from other viruses,
including vesicular stomatitis virus,
indicating
significant cross-reactivity
in serological responses.
Four positive samples
were specific for XMRV.
Conclusions.
No association
between XMRV infection
and CFS
was observed in the samples tested,
either by
PCR or
serological methodologies.
The non-specific neutralisation
observed in multiple serum samples
suggests that
it is unlikely that
these responses
were elicited by XMRV and
highlights
the danger of overestimating XMRV frequency
based on serological assays.
In spite of this,
we believe that
the detection of neutralising activity
that did not inhibit VSV-G pseudotyped MLV
in at least four human serum samples
indicates that
XMRV infection may occur in the general population,
although with currently uncertain outcomes.
http://www.retrovirology.com/content/pdf/1742-4690-7-10.pdf
|